Hij luistert nog altijd  erg graag naar de muziek uit zijn jeugd, ‘the sixtees’. ,,The Small Faces en The Yardbirds vooral”, verduidelijkt Jack Renet. Met ‘Itchycoo Park’ hadden The Small Faces in 1966 een grote hit’ , die gaat over de mooie herinneringen van bandleider Steve Marriott aan dit park in een buitenwijk van London. Ondanks de vele muggen en stekelige struiken beleefde Marriott er een prachtige jeugd met veel feesten en ongedwongen vrijheid. Het Mauritspark in Geleen is het Itchycoo park van SPA lijsttrekker Jack Renet.

Snik

Vele mooie jaren beleefde hij hier in dit park, dat zozeer herinnert aan de  vergane bloeiperiode van de eens modernste mijn van Europa. Volgend jaar is het voorbij en moet hij noodgedwongen als laatste der Mohikanen het park verlaten en wordt deze eens zo kinderrijke en levendige buurt geofferd aan de sloopkogel. ,,Dan verdwijnt ook het laatste stukje mijngeschiedenis van Geleen”, zegt Renet mismoedig in zijn huis, waarvan de voorgevel zo wat grenst aan het hoge geluidsscherm van de Westelijke Randweg en de achterkant uitziet op dichtgetimmerde en verlaten woningen. 

Het tekent de 65 jarige Renet, dat hij pas op het laatste moment vertrekt uit ‘zijn Mauritspark’. ,,Ik ben bezig een boek te schrijven over ‘Honderd Jaar Mauritspark’. Er is al zoveel mijngeschiedenis verloren gegaan. De gemeente heeft cultuur hoog in het vaandel staan maar dan vooral die aan de andere kant van de Middenweg. Ook qua aandacht voor geschiedenis in relatie tot toerisme is de focus vooral op Sittard gericht, terwijl Born en Limbricht een ouder, en zeker zo roemrijk, verleden hebben. Voorbij gaat men in het gemeentehuis aan de historie van de Bokkenrijders van Geleen. Om nog maar te zwijgen over het gebrek aan aandacht voor Geleens rijke mijnverleden”, gaat hij strijdbaar verder. 

Strijder

Strijdbaar en een koppige volhouder is hij altijd geweest. ,,Ik heb een sterke wil. Heb ik van mijn moeder. Zij loopt nu in het verzorgingstehuis nog altijd een extra rondje door de gangen om mobiel te kunnen blijven.” De afgelopen jaren voelde hij zich in de raad vaak de eenzame strijder, die de in zijn ogen funeste coalitiecultuur bleef hekelen. Daarom is hij blij dat nu ook meerdere partijen een andere ‘bestuurscultuur’ willen. ,,Belangrijk is dat er straks meer debat komt, waarbij het om de inhoud van voorstellen gaat. Niet dat eerst gekeken wordt wie een plan of voorstel indient. En niet dat de bescherming van de eigen wethouders en het overeind houden van de bestuurscoalitie vóór alles gaat. De oppositie moet serieus worden genomen.”

Belangrijke voorwaarde voor de ‘nieuwe bestuurscultuur’ is volgens Renet dat de gemeenteraad  sneller en vollediger wordt geïnformeerd. Het irriteert hem dat hij nog altijd geen heldere informatie heeft gekregen over de jaarrekeningen van de Oktoberfeesten en over financiering van Het Groene Net. ,,Ook mijn vragen over de school Het Klaverblad en  de spoorbrug bij Sanderbout zijn nog altijd niet beantwoord. De burgemeester moet als voorzitter van de raad er beter op toe zien dat de gemeenteraad vollediger en tijdig wordt geïnformeerd door het college.”

Confrontatie

Toch ziet hij wel een lichtpunt. ,,Hoewel ik hem waardeer om zijn kennis en betrokkenheid, is het een zegen voor deze gemeente dat Pieter Meekels stopt als wethouder. Hij is de oorzaak van veel financiële problemen en wanbeleid op tal van andere terreinen. Goed is het dat dit toonbeeld van de gesloten coalitiecultuur verdwijnt. Nu kan het dualisme meer kans krijgen in de raad.” Renet’s  directe manier van communiceren valt niet altijd goed, ook al omdat hij niet bang is zijn woede te uiten en de confrontatie met bestuurders niet uit de weg gaat. Maar alom worden zijn grondige dossierkennis en vasthoudendheid geprezen. Het gaat hem altijd om de inhoud van het beleid, zegt hij. ,,Je moet geen politiek bedrijven op gevoel of sentiment, zoals veel andere partijen. De burger eist terecht duidelijkheid.” 

Hoewel hij al in zijn middelbare schooltijd interesse had voor politiek, wordt hij pas op latere leeftijd politiek actief. Zijn studie ( chemie en itc)  carrière en hobby schaken- ,,ik ben negen keer Limburgs kampioen geweest”- gingen voor. ,,Ik volgde de vergaderingen van raad wel maar vond het niveau van de debatten erg belabberd.” Een diepe persoonlijke en zakelijke crisis doen van hem van inzicht veranderen. Rond 2009 geraakt hij in een burn out, zijn huwelijk strandt en zijn eerst zo succesvolle ict bedrijf komt in grote problemen. De eerst zo geslaagde ondernemer moet jaren zien rond te komen van krap 250 euro per maand. Alles zet hij opzij om zijn auto te kunnen behouden. .,Om te kunnen blijven schaken, naar sollicitatiegesprekken te gaan en  sociale contacten te houden was mijn auto van levensbelang voor me. Alles offerde ik daarvoor op. De enige luxe, die ik had, was zaterdags een stokbrood beleggen met kaas, tomaat en ei.” 

Meedoen

Wanneer hij mensen ontmoet die het nog slechter hadden dan hij, besluit hij om de politiek in te gaan. ,,De mensen, die in harde armoede leven, en hen die tussen wal en schip terecht komen. Die wil ik helpen. Ik wil voorkomen dat mensen in dezelfde penibele omstandigheden komen als ik heb beleefd. En tevens wil ik ervoor zorgen dat ze met hun hulpvragen een humane behandeling van de gemeenteambtenaren. Daar schort het nog vaak aan.” 

Hij wordt actief voor SBG, en later, de Stadspartij Sittard-Geleen-Born. Als campagneleider bij de gemeenteraadsverkiezingen van 2010 slaagt hij erin de raadszetels voor zijn partij te behouden. Wanneer Piet Veugen zich van de Stadspartij afscheidt, gaat hij mee naar diens partij OPA. ,,Het ouderbeleid van OPA sprak me aan. Ook waren mijn kansen bij de Stadspartij minder omdat daar veel grotere stemmentrekkers rondliepen, die echter inhoudelijk minder sterk waren.”

Omdat hij OPA te eenzijdig op ouderen vindt gericht, besluit hij zijn eigen partij, SPA, Samen Politiek Actief, op te richten. ,,Ons grote doel is om ervoor te zorgen dat minder mensen in armoede hoeven te leven. Daarvoor moeten onder meer de lokale lasten worden bevroren. Zzp-ers en startende jonge ondernemers moeten betere kansen en begeleiding krijgen. Gelden moeten ook veel evenwichtiger worden verdeeld en geen geld meer naar gemeentelijke prestigeprojecten. Iedereen in onze gemeente moet kunnen meedoen. Of ons dat gaat lukken?  Het enige, dat ik kan beloven is dat ik me zal inzetten. Meer kan ik nu nog niet waarmaken.”