Door Wim Kallen
Vlakbij de Sittardse Markt is een nieuwe buurt ontstaan. De Engelenhof, verrezen op de woeste vlakte waar ooit het Sirkeltheater stond. Een verpauperde ‘achterom’ is rigoureus opgeknapt. In de Putstraat merk je er niets van. Je moet tussen huizen door en staat in een andere wereld. Zo voelt dat, zeker als je vroeger het Sirkeltheater hebt bezocht. In het Sirkeltheater werden zeedieren met golvend plastic tot leven gewekt in diffuus licht. Er was kinder- en volwassenentheater van de bovenste plank. Je kon er genieten van ‘plateservice’ in een van de eerste bio-restaurants. Gezond eten en dat voor 6 gulden. Het bord werd in de keuken opgeschept en als totaalhap geserveerd. Alsof je thuis at, bij moeder. Ik herinner me legendarische optredens. Zoals van Kees van Kooten, die voorlas uit “Koot droomt zich af”. Of het onnavolgbare optreden van tekenaar en taalkunstenaar Kamagurka. Ik denk met plezier terug aan de straattheatervoorstellingen in de gezellige ambiance van het Pleintje.
Om de programmering in het Sirkeltheater te realiseren, werd door drijvende kracht Frans Malschaert een combinatie ontwikkeld van cultuur en commercie. Een filmhuis, discotheek ‘The Swing’ en een theatercafé, annex restaurant zorgden voor inkomsten. Artiesten werden gehuisvest in een aanpalend budgethotel. Er waren inspeelvoorstellingen van De Vliegende Panters en van Acda en De Munnik. Het gonsde achter de Putstraat! Er was een boekhandel en voor aan de straat Platenzaak Siva. Ook het Kollektief Rampenplan, een anarchistische werkgemeenschap, was er gevestigd. Het Rampenplan verzorgde ecologisch-vegetarische maaltijden voor activisten. Hun mobiele gaarkeukens zorgden voor voedzaam eten tijdens bijvoorbeeld de Dodewaard acties (1981) en de Anti-Atoom Karavaan (1982). Er heerste grote onrust in de samenleving, en veel jongeren waren werkeloos.
Voordat in de Putstraat het Sirkeltheater verscheen, was er Drukkerij Alberts gevestigd. Vijf generaties drukkers werkten in het pand met de klassieke uitstraling. Hoeveel kronieken, schoolboeken, kranten zijn er gemaakt en verzonden vanuit de bijgebouwen?
En nu: De Engelenhof, recentelijk opgeleverd. Het is een dichtbebouwde hof, met een historisch Mouthuis in het midden. De Engelenhof is eigentijds en heeft een minimaal vleugje authenticiteit van vroeger bewaard: drie muren van het Mouthuis laten trots hun oude veldbrandstenen zien. De rest van het Mouthuis is kraakmodern gerenoveerd. Helemaal in stijl met de rest van de huizen. Er is een kloof van jewelste tussen het toen en nu. Dat zit hem in de bestrating, in de zwarte wandbekleding van de garagebergingen. In de uniforme huisnummering in de beton uitgespaard naast de voordeur. Deze woonhof is heel erg 2021. Niets herinnert (behalve twee wandbordjes in de Putstraat) aan Drukkerij Alberts, aan het Sirkeltheater, of aan Het Kollektief Rampenplan. Die geschiedenis staat alleen nog op vergeelde pagina’s in de boeken.
De woningen van de Engelenhof liggen achter de historische wal. Goed beschermd, mocht er ooit een vijandig leger voor de poorten van Sittard verschijnen. Bovenop de wal kijk je over schootsvelden, volkstuinen en een kleine wijngaard. Een uitzicht dat je in de Engelenhof ten enenmale ontbeert.
Een engel met bazuin was het symbool van de Gulikse synode (Sittard was Guliks gebied van 1400-1800). Opmerkelijk hoeveel engelen er nu weer zijn in Sittard-Geleen: Engelenhof, Engelenkampstraat. Stichting Éngele van Zitterd-Gelaen (Deze Stichting ondersteunt gezinnen die de eindjes niet meer aan elkaar kunnen knopen). Vroeger waren het rooms-katholieke kloosterlingen die in grote getalen onze stad bevolkten. Sittard had de grootste kloosterdichtheid van Nederland. Daar is weinig van over. Sittard-Geleen is op weg (weer) een Engelenstad te worden! Dat is een bijzonder kunststukje.