Theo Beckers woont in Geleen en is sinds 2013 voorzitter van FC Geleen Zuid, de grootste amateurvoetbalvereniging van Sittard-Geleen. De unieke voetbalopleiding met héél veel jeugdteams én het familiegevoel zijn de pijlers van deze Geleense club.
Waarom ligt deze club jou na aan het hart?
Ja, bij deze club, eerst Quick 08 en later de fusieclub FC Geleen Zuid heb ik mij altijd thuis gevoeld. Ik ben in 1962 begonnen met voetbal bij de jeugd. In 1970 startte ik als jeugdleider en trainer en in 1972 werd ik bestuurslid van de jeugd en een jaar later voorzitter van de jeugdafdeling. Dit heb ik gedaan tot 1988, maar toen werd dat niet meer combineerbaar met mijn eigen bedrijf. Wel heb ik nog complex- en materiaalbeheer op mij genomen binnen het bestuur en in 2012 het nieuwe complex gerealiseerd. Vanaf 2013 tot heden ben ik een trotse voorzitter van deze club. Ook ben ik voorzitter geweest van de stichting die de 75-, 90- en 100-jarige bestaansfeesten van de club heeft georganiseerd.
Dit is een fusieclub. Is de fusie tussen Quick ’08 en Kluis geslaagd te noemen na zoveel jaren? Zijn er dingen die je met de kennis van nu, toen anders georganiseerd zou hebben?
Het is zeker een geslaagde fusie en deze heeft in Nederland als voorbeeld gediend bij andere fusies en ik zou het nu weer op dezelfde wijze aanpakken. Ook op bestuurlijk niveau is het goed verlopen en nu nog steeds zie je in het bestuur een mengeling van oud Kluis en oud Quick leden, maar boven alles zijn wij nu bestuurders van FC Geleen Zuid.
Kun je wat meer vertellen over de grootte en de betekenis van de club?
Wij hebben ca 600 leden en binnen de Gemeente vervullen wij een maatschappelijke functie. Wij hebben als doel om een gedegen opleiding te realiseren voor onze jeugd met goeie trainers maar ook in deze trainers investeren wij, door ze een opleiding aan te bieden.
Jullie hebben een eigen Facebookpagina met méér dan 1400 volgers. Is dit een belangrijk medium voor jullie? Doen jullie nog meer op digitaal gebied?
Ja, dat is het zeker belangrijk, tevens hebben wij een eigen website en ook communiceren wij met onze leden via sportlink, en hebben wij appgroepen voor bestuur, commissie-voorzitters, trainers en teams.
Je bent ondernemer geweest; is dat een voordeel voor een verenigingsbestuurder en/of kun je een amateurvereniging op ondernemersleest leiden?
Het verenigingsleven kun je wel vergelijken met een onderneming, maar je werkt wel met vrijwilligers, dus je zult het toch op een iets andere manier moeten aanpakken. Het ondernemerschap heeft wel zijn voordelen, maar het is een geen must.
Wat is de meest tot de verbeelding sprekende verenigingsgebeurtenis geweest, die je je kunt herinneren?
Nou, voor mij is dat 8 november 1978 geweest, toen werd onze kantine volledig verwoest door brand, wij hadden niets meer. Geen ballen, kleding, geen bokalen en ook alle foto’s en herinneringen waren weg én het gebouw was niet verzekerd door de gemeente. De samenhorigheid tussen de zusterverenigingen was gewoon geweldig want van alle kanten kwam hulp en 3 dagen later, op zaterdag, hebben alle teams gewoon kunnen spelen. Het was kakofonie van kleuren waarin gevoetbald werd, gewoon geweldig.
Zelfs een club uit Tilburg (v.v. Zigo) waar wij jaarlijks een uitwisseling mee hadden, heeft ons gesteund en een bingo georganiseerd die 2500 gulden heeft opgeleverd. De Gemeente heeft 2 schaftketen neergezet en 3 jaar later is d.m.v. een werklozenproject de ruwbouw van de kantine herbouwd. De afbouw hebben de leden van de vereniging samengedaan.
Draait het puur om het voetbal binnen Geleen Zuid?
Voornamelijk wel. Wij doen natuurlijk ook wel andere activiteiten, maar deze zijn wel een beetje gelinkt aan voetbal. Denk hierbij zeker aan onze jeugdvoetbaldagen in augustus, die wij al 20 jaar organiseren en een week duren en waar allerlei andere spelen worden gedaan met als hoogtepunt de fundag op woensdag.
Zijn de prestaties van het 1e elftal maatgevend voor het succes van de club?
Ze zijn belangrijk maar zeker niet alleen maatgevend, wij hebben ook oog voor onze jeugd en investeren hierin met middelen en veel energie.
Het hele land staat in het teken van corona? Hoe gaan jullie hiermee om?
Wij doen er alles aan om de jeugd tot 18 jaar te laten trainen maar wel verantwoord. Op alle trainingsdagen loopt er een corona-coördinator rond die zorgdraagt dat alles volgens de regels gaat. Nu trainen ze allemaal 2 maal per week en op zaterdag spelen ze onderlinge toernooitjes en dat kan ook met enkele aanpassingen doorgaan tijdens de avondklok. Bij de senioren is het niet te doen; je mag hier maar met twee man trainen.
Je bent een paar keer onderscheiden. Waar ben je het meest trots op en waarom?
Het meeste trots ben ik wel op de onderscheiding van de koning Ridder in de Orde van Oranje Nassau. Dit geeft wel de waardering aan hetgeen je voor de gemeenschap hebt gedaan. Buiten de voetbalclub was ik ook voorzitter van Bouwend Nederland in Limburg, voorzitter van de stichting NVOB en bestuurslid van het SWV, maar direct erna komt toch ook de onderscheiding van de KNVB, lid van verdienste, in 2018 had ik in totaal 70 bestuursjaren op mijn conto, maar dat had te maken met de dubbelfuncties die ik in het bestuur bekleed. Zoals nu voorzitter en penningmeester.
Jullie hebben Guido Leunissen als nieuwe hoofdtrainer binnengehaald. Waarom hij en wat verwachten jullie van hem?
Guido is zijn loopbaan bij ons gestart heeft de jeugd getraind, de JO15 en JO17 en daarna heeft hij ook zijn sporen verdiend bij Hellas, Minor en bij de U23 van EVV als trainer.
Belangrijk vinden wij dat Guido een trainer is die jonge spelers kan inpassen, maar ook beter kan maken. En met name dit laatste vinden wij ontzettend belangrijk, zodat onze jeugdleden kunnen doorgroeien in de selectie. Onze doelstelling en ook die van Guido is om een stabiele tweede klasser te zijn met zoveel mogelijk eigen opgeleide jeugdleden.
Is er een vraag die niet gesteld is, maar die je graag hadden willen beantwoorden (dan is nu je kans)?
Graag wil ik iedereen bedanken die onze club steunt, in welke vorm dan ook, maar speciaal wil ik al onze vrijwilligers bedanken, want zonder hun kunnen wij niets. Ik spreek de hoop uit dat wij tot in lengte van dagen van hun diensten gebruik kunnen maken.
Tekst Bert Wassenberg
