Tekst en foto Wim Kallen

We moeten iets rechtzetten over de Cötelbeek. We gaan NIETS rechttrekken aan de Cötelbeek. Dat is bij deze beek absoluut ‘not done’. De afgelopen jaren hebben bulldozers en grijpers onophoudelijk bergen grond verzet om deze schone slaapster te laten meanderen. De beek was ooit in een ver verleden met de nodige inspanning recht in zijn bedding gelegd. Dat hoort anno 2022 absoluut niet. Dus gingen stoere Brabanders (de werkmannen kwamen elke dag uit Brabant aanrijden) kordaat aan de slag. Ze stroopten hun mouwen op en beklommen hun graafmachines en kiepwagens om tijdens duizenden werkuren tussen Middenweg en Agricolastraat aarde te verzetten. Hun heilige missie: Verleg de beek. Leg er zijtakken, poelen en vispassages in aan. Maak nieuwe wandel- en fietspaden. Zorg voor extra bruggen over de beek. Saneer en passant de riooloverslag. Ook de taaie, vervelende Japanse duizendknoop werd men de baas. De aanhouder won. Gras werd ingezaaid, bloemperken aangelegd en een eerste partij bomen geplant. Het resultaat na zoveel inspanningen mag er zijn. En goed dat het achter de rug is. De kosten van zo’n omvangrijke ingreep zouden nu een veelvoud bedragen door de alsmaar oplopende prijzen.

Yes! Joepie, de Cötelbeek heeft zijn nieuwe, frisse waterloop en klatert van plezier. Er zijn stroomversnellingen veroorzaakt door dikke rotsblokken. Het water is kraakhelder. En dat is nog nooit zo geweest. Er zijn reeds forellen gesignaleerd. Maar we zouden toch iets rechtzetten? Ja, we moeten het over zijn ‘vieze’ naam hebben. Officieel heet de beek Geleenbeek. Maar Sittard had van oudsher zijn eigen benaming. We noemen hem al decennialang Cötelbeek (de afsplitsing bij De Stenen Sluis door het stadspark is de Molenbeek). Op de brug bij het kruispunt Engelenkampstraat en Parklaan hangt een niet te missen bordje: Keutelbeek. Dat is mijns inziens te kort door de bocht. Cötelbeek verwijst in het dialect naar langzaam stromen, naar cötelen. Als beekje een beetje voortslenteren. Niet te snel willen stromen. Op zijn Toon Hermans een beetje willen flaneren, als rivier dan. De  Nederlandse vertaling doet erg aan voortdrijvende drollen denken… en dat is niet correct. En dát moeten we even rechtzetten. Al stonk deze beek vroeger wél behoorlijk, maar dat kwam van al dan niet illegale lozingen. Een juiste vertaling zou kunnen zijn Slenterbeek. (U kunt uw woordvondst inzenden, een notaris bepaalt de prijswinnaar. Eerste prijs: Een wandeling met gids langs de ruisende beek.)

Nog een noodzakelijke toevoeging: In de gemeente Beek ontspringt in Kelmond ook een Keutelbeek, die stroomt bij Geleen in de Geleenbeek. Die beek was ooit overkluisd en is inmiddels, eveneens binnen het Corio Glana-project, bevrijd van de overkluizing. Langs dat traject van 7 kilometer lagen vroeger leerlooierijen. Deze looierijen waren een bron van stinkend afvalwater dat rechtstreeks in de beek werd geloosd. Bijgevolg zorgde dat voor een enorme stank. Wat de naam Keutelbeek leek te rechtvaardigen. Ook Sittard had toentertijd last van deze penetrante stank van de langsstromende beek en ging in gedeeltes van de binnenstad eveneens over op overkluizing. 

Keutelbeek? Ja, vroeger wel, tenminste wat de geur betreft. Maar de Cötelbeek, wij weten nu beter, is simpelweg de Slenterbeek. Het betekent langzaam vooruit willen stromen. Met de nieuwe zitbanken op de oevers kun je dat kabbelende water tegenwoordig prima in de gaten houden. Je wordt er vanzelf een beetje ‘zen’ van. Voordat je het doorhebt hoor je ook nog wat ruisen in het struikgewas.